Vijf dagen lang waren meiden uit de Veilige Veste van Fier in Leeuwarden intensief met een eigen steen in de weer, om met begeleiding van Herma Bovenkerk hun verhaal in een beeld uit te drukken. Ze mochten zelf een steen kiezen om te bewerken. Tijdens het beitelen en polijsten komen dan gauw de heftigste verhalen los, merkt Bovenkerk. En dat werkt bevrijdend.
Voor de tweede keer kon een groep van Fier aan de slag in Koudum met steun van het fonds, dat Liesbeth Vos bij haar afscheid als bestuursvoorzitter opzette om jongeren en kunst met elkaar te verbinden. Het Friesland College is door het onderwijs in de school van Fier nauw verbonden met deze meiden, dus de combinatie ligt voor de hand.
In de aanval
Haar ruwe steen moest een vogel worden, bedacht 'Tessa'. En dan niet zo'n schattig diertje, maar een stevige vogel die ook best in de aanval kan gaan. Want dat is zij - als beginnende twintiger – ook aan het leren. Symbolisch was misschien dat de kant die ruw en imperfect had moeten blijven tijdens het bewerken als vanzelf van haar steen spatte. Hier zat een breuk. Ze glimlacht. 'Ja, misschien zegt dat wel wat…'
Op de vlucht voor gedoe thuis – 'al ging dat achteraf vaak om niks' – trok zij in bij een vriendje van Marokkaanse komaf. Al gauw bleek dat hij niet zo aardig was als zij eerst dacht. 'Hij vond altijd dat ik naar andere jongens keek en dan kreeg ik klappen.' Eerst mocht ze nog wel naar buiten, als ze maar met een capuchon over haar hoofd achter hem liep. Maar het ging van kwaad naar erger. 'Ik moest binnen blijven, mocht geen tv meer kijken en zelfs niet meer naar de radio luisteren.'
Dagelijks werd Tessa mishandeld. 'En ik bevroor, om te overleven. Hij dreigde mijn familie wat aan te doen, terwijl hij hen met mijn telefoon allerlei valse berichten had gestuurd alsof ík hen zou haten. Ik stond er alleen voor.' Ook de politie deed niets, toen buren alarm sloegen maar zij te bang was om de agenten te vertellen waarom zij bont en blauw was.
Vlucht
Op een avond, toen hij op de bank in slaap was gevallen en de voordeur niet op slot had gedaan, vluchtte Tessa in haar pyjama naar buiten en vroeg nu wél de politie om hulp. 'Ik belde aan bij het eerste huis waar ik licht zag en belde de politie. Ik was doodsbang.' Ze moest weg, ver van haar woonplaats en zo onzichtbaar mogelijk.
Nu, eigenlijk maar een half jaartje verder, heeft zij het gevoel dat haar toekomst weer open ligt. Ze doet ritme op in de Blooming Bakery van Fier en het Friesland College, is van plan om weer een opleiding in het mbo op te pakken en uiteindelijk terug te gaan naar het midden van het land. 'Daar hoor ik thuis en dat laat ik me niet afpakken.' Vrij als de vogel die ze maakte: 'Ik weet nu hoe sterk ik ben…'